De Nijmeegse Vierdaagse is het grootste wandelevenement ter wereld. Vele lopers trekken op vrijdag, de laatste dag, door het Land van Cuijk. Voor mij betekent dat vroeg uit de veren. Al voor zeven uur komen de eerste lopers over de brug bij Grave de regio binnen. Menig militair staat even stil bij het monument bij de Thompsonbrug. Vanaf daar gaat het richting de versierde binnenstad waar de burgemeester met zijn college staat toe te kijken. De viskraam is voor de gelegenheid extra vroeg open. De 50 kilometer-lopers door de vestingstad richting Beers. Ondertussen zijn de 40 kilometer lopers de brug bij Linden overgestoken, waar menig huis is voorzien van een kunstzinnige uiting, altijd vrolijk en in een bepaald thema.
In Beers wordt de stroom wandelaars pas echt fors. Daar komen de 40 en 50 kilometer-lopers even bij elkaar. Later in Cuijk worden ze wederom samengevoegd. Ook daar staat het college klaar en staan duizenden in het centrum of aan de Maas te kijken naar de aanzwellende stroom wandelaars. Die gaan via een pontonbrug, aangelegd door Nederlandse en Duitse militairen, de rivier over om uiteindelijk in Nijmegen hun kruisje op te halen.